Nederlandse vrouwen kiezen de laatste jaren steeds vaker voor een ruggenprik bij de bevalling. Het aantal vrouwen dat kiest voor deze pijnbestrijding is de afgelopen 10 jaar verdrievoudigd.
Dat blijkt uit promotieonderzoek van Martine Wassen van ziekenhuis Maastricht UMC+. Ze onderzocht de bevallingen van 1,5 miljoen vrouwen. In 2003 vroeg ruim 5 procent van de barende vrouwen om een ruggenprik. In 2012 steeg dat naar 17,9 procent. Inmiddels ligt het percentage op 20 procent. Tegelijk is het aantal onnatuurlijke bevallingen amper gegroeid.
Toch zijn veel Nederlandse vrouwen nog altijd terughoudend als het om pijnbestrijding gaat. Ter vergelijking: in België vraagt 70 procent van de vrouwen om een ruggenprik bij de bevalling. ,,De Nederlandse houding heeft deels te maken met de aloude gedachte ‘in smart zult gij uw kinderen baren’,'' zegt Wassen.
Toch verliest die gedachte nu snel aan kracht. Dat komt ook door de richtlijn die ziekenhuizen sinds 2008 hanteren. Daarin staat dat een vrouw bij haar bevalling op elk moment een ruggenprik moet kunnen krijgen, als ze daarom vraagt.